donderdag 22 maart 2012

Gedwongen tongzoen geen ernstige inbreuk op de lichamelijke integriteit

N.B.: Het wetsvoorstel minimumstraffen is inmiddels ingetrokken (november 2012)
Voorts: gedwongen tongzoen wordt niet (langer) beschouwd als 'verkrachting' (HR 12 maart 2013, ECLI:NL:HR:2013: BZ2653, NJ 2013/437).


Minister Opstelten: Gedwongen tongzoen geen ernstige inbreuk op de lichamelijke integriteit

(Aanvulling op mijn reactie van 6 maart op de discussies naar aanleiding van mijn stukje over  het wetsvoorstel minimum straffen.)

Tijdens een gastcollege van minister Opstelten in Groningen, waarbij studenten in de gelegenheid werden gesteld om vragen te stellen aan de minister, hebben diverse studenten de minister vragen voorgelegd over het wetsvoorstel minimum straffen.

Daarbij werd ook de kwestie van de ‘gedwongen tongzoen’ aan de orde gesteld.

Naar de letter van de wet moet een gedwongen tongzoen worden beschouwd als verkrachting (waarop maximaal 12 jaar gevangenisstraf staat).

Gelet op de tekst van het wetsvoorstel kan iemand die een ander een gedwongen tongzoen geeft, en daarvoor in eerste instantie wordt bestraft met een milde (deels) voorwaardelijke vrijheidsstraf (een taakstraf is niet meer mogelijk), en zich binnen 10 jaar schuldig maakt aan hetzelfde vergrijp, een gevangenisstraf van minimaal 6 jaar tegemoet zien.
Het wetsvoorstel komt er immers (kort gezegd) op neer, dat iemand die binnen tien jaar voor de tweede keer een ernstig gewelds-, levens- of zedenmisdrijf pleegt, waar ten minste een maximum straf van 8 jaar op staat, terwijl het delict tevens kan worden aangemerkt als een ernstige inbreuk op de lichamelijke integriteit van het slachtoffer, een minimumstraf opgelegd krijgt van minimaal de helft van de maximum gevangenisstraf waarmee het delict wordt bedreigd.

Echter, desgevraagd antwoordde de minister op de vraag of een tweede gedwongen tongzoen (binnen 10 jaar) eveneens zal worden bestraft met een gevangenisstraf van minimaal 6 jaar:

Een gedwongen tongzoen kan algemeen gesproken niet worden beschouwd als een ernstige inbreuk op de integriteit van het slachtoffer.

Zie hier de escape-mogelijkheid voor rechters die zich door het wetsvoorstel op een onaanvaardbare manier beknot voelen in hun beoordelingsvrijheid.

Nog afgezien van de vraag of iedereen (ook het slachtoffer) het met de minister eens is dat een gedwongen tongzoen geen ernstige inbreuk op de lichamelijke integriteit oplevert, biedt het begrip ‘ernstige inbreuk’ dus voldoende interpretatieruimte voor de rechter.
Zie over deze kwestie ook de Memorie van Toelichting paragraaf 4.3, laatste tekstblok.

Wel zal er ongetwijfeld een discussie losbarsten over de buitengrenzen van deze interpretatieruimte.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten